|
||||||||
|
Eindelijk ! Ik herhaal: E-I-N-D-E-L-IJ-K! Het was lang wachten op dat meesterwerk, waarop we al hopen sinds we, nu bijna dertig jaar geleden geconfronteerd werden met een plaat die tot op vandaag gerangschikt is bij de toppers uit onze collectie. “Gethsemane” bevatte en bevat nog altijd zoveel knappe muziek, dat we er al die tijd zijn in blijven geloven: ooit maakt deze man een waar meesterwerk. Hij heeft er de tijd voor genomen, Michael McDermott, maar deze keer is het dus echt zover; een plaat voor de eeuwigheid werd zopas op ons deel van de wereld losgelaten. Michael is allerminst zuinig geweest: vijftien parels van songs klokken samen ruim boven het uur af en, hoezeer we -ons slecht karakter indachtig- ook gezocht hebben naar mindere momenten, we hebben ze niet gevonden. Dat heeft wellicht te maken met het feit dat deze nieuwe een soort conceptplaat geworden is: McDermott beschrijft de lotgevallen van fictieve personages, rijk en arm, oud en jong, die zouden kunnen geleefd hebben in de straat waar de plaat naar vernoemd is en die echt bestaan had kunnen hebben: St. Paul’s Boulevard. Da’s dus een metafoor voor “Het Leven en Michael, die altijd al een scherpe observator was, verdiept zich in de gang van Het Leven van zijn personages, die niet zelden de indruk wekken een tikkeltje autobiografisch te zijn. Zoals al wel vaker het geval was, toont McDermott zich hier als de halfbroer van Springsteen, Petty en Mellencamp, wat dus betekent dat er bijwijlen stevig gerockt wordt en dat de teksten er toe doen. De liefde, de relatie en de moeilijkheden / kansen die je daarbij allemaal kunt krijgen en al dan niet omarmen, zijn de rode draad doorheen deze plaat. “Our Little Secret” bulkt van de rusteloosheid en de lust, “Sick of This Town” schreeuwt het uit: als je je ergens verstikt of opgesloten voelt, stap er dan uit. Dat “Marlowe” verwijst naar het gelijknamige personage dat door Raymond Chandler beroemd werd gemaakt, zal niemand verbazen: McDermott houdt van eenlingen als hij, die het leven op hun eigen wijze inkleuren door stevig te roken en drinken en vooral door heel cynisch blijk te geven van hun wereldmoeheid. Ik vermeld ook graag nog “New Year’s Day”, dat met zijn onweerstaanbare melodie en knappe tekst eigenlijk kan gelden als samenvatting van de hele plaat: als het nodig is en je wil het hard genoeg, kan je altijd je leven opnieuw een start geven. Ook daar weet Michael over mee te praten: hij werd destijds gelanceerd als de nieuwe, grote hoop van de song-schrijvende rockers, maar werd al snel weer uitgespuwd door de muziekindustrie: smaken en stijlen wijzigen snel en “men” besliste dat er voor muzikanten als McDermott geen plaats meer was op major labels. Mogen wij even blij zijn dat McDermott zijn eigen koppige zelf gebleven is? Hij levert hier weer een plaat af waar hij meer dan trots mag op zijn en waarvan wij keer op keer opnieuw kunnen van genieten. Michael McDermott is TOP! (Dani Heyvaert)
|